VRAGENLIJST BOEKEN FRANS, DUITS, ENGELS

NAAM:……………………………………….KLAS:…………..DATUM:…………………..

1.Let op: bij alle vragen waar een sterretje (*) achter staat moet je verwijzen naar pagina’s uit het boek! De betreffende fragmenten citeren of kopieren. Dit heeft te maken met het feit dat je later een opdracht gaat maken over het boek: je kunt informatie dan makkelijker opzoeken.

2. Het is verstandig om regelmatig bij de vragen op dit stencil stil te staan. Lees ze dus goed door voor je gaat lezen en kijk er om een bepaald aantal gelezen bladzijden nog eens naar: het is moeilijk om na een lange tijd bepaalde vragen te beantwoorden!

3. Het is belangrijk inhoudelijke argumenten te geven als je iets moet uitleggen.

4. Alle opdrachten dienen op PC uitgewerkt te worden!

1. Titel:

2. Schrijver:

3. Uitgever; jaar van uitgave; aantal bladzijden:

4. Verklaar de titel van het boek:

5. Welk gedeelte of welke passage in het boek vond je het leukst?* Waarom?

6. Welk gedeelte vond je het slechtst of het minst interessant?* Waarom?

7. Als je moest kiezen, welke persoon uit dit verhaal zou je dan willen zijn? Waarom?

8. Aan welk figuur uit het boek had je een hekel of zou je een hekel kunnen krijgen? Waarom? Noem een incident.*

9. Wanneer speelt het verhaal zich (ongeveer) af?*

10. Maakt het volgens jou uit in welke tijd het verhaal zich afspeelt? Waarom denk je dat?

11. Was je tevreden over de afloop van het boek? Waarom? Als je niet tevreden was, hoe zou je het veranderen?

12. Vergelijk de hoofdpersoon (-personen) uit het begin van het verhaal eens met diezelfde persoon (personen) aan het eind. Is hij of zij veranderd? Heeft hij of zij iets geleerd? Leg uit met behulp van een fragment(-en) waarin die verandering tot uiting komt.*

13. Wat voor soort verhaal zou je dit willen noemen? Je mag meer soorten kiezen als het volgens jou een combinatie is: <> liefdesroman

<> avonturenroman

<> levensbeschrijving

<> spionageroman

<> sprookje

<> science fiction

<> detective

<> ……………….(nog iets anders?)

14. Zit er een keerpunt (een punt waarna het duidelijk anders gaat lopen) in het verhaal? Beschrijf dat eens.*

15. Hoeveel tijd is er verstreken in de loop van het boek?

16. Wat denk je dat de boodschap van de schrijver van dit boek is? Beschrijf een fragment om je antwoord te motiveren.* Is er eigenlijk wel een boodschap? Of heeft de schrijver je alleen maar willen vermaken?

17. Door wiens ogen zie je verhaal zich afspelen? Dit kunnen meerdere personen zijn!*

18. Waar speelt het verhaal zich af?* Waarom is dat belangrijk of waarom is dat helemaal niet belangrijk?

19. Zou je dit boek aanraden aan medeleerlingen? Waarom (niet)?

20. Werkblad. (Let op: voor elk boek een ander, te verkrijgen bij je docent!)

Kijk na of je bij alle steropdrachten de gevraagde fragmenten erbij hebt gegeven.

Als je tevreden bent over je werk, kun je het inleveren!